Rekenen en Vergelijkingen Samenvatting

Uit ZaaksysteemWiki
Versie door Admin (overleg | bijdragen) op 14 dec 2015 om 09:14 (Keuze kenmerken)
Ga naar: navigatie, zoeken

Algemeen

Rekenen en vergelijkingen met waarden van Kenmerken kunnen op meerdere plekken in het systeem gebruikt worden, namelijk:

Rekenen

Met formules kan de output aangepast worden door te rekenen met de kenmerkwaarde(n):

  • Met elk type kenmerk kan gerekend worden, zolang de waarde een correct getal is
  • Waardes die geen getal zijn worden als 0 geïnterpreteerd
  • Delen door 0 geeft geen output

Rekentekens

De rekentekens die gebruikt kunnen worden zijn:

Naam Teken
Haakjes: ()
Keer/maal: *
Gedeeld door: /
Plus: +
Min: -

Afronding

Formules worden afgerond op 10 cijfers achter de komma. Een uitkomst die in als waarde in een kenmerk wordt opgeslagen wordt afgerond op twee cijfers achter de komma.

Tip: Gebruik eventueel Kenmerkformatting om de getallen af te ronden op gehele waarden.

Vergelijken

Met vergelijkingen kan gecontroleerd wordt of een waarde aan een bepaalde conditie voldoet. De output is dan "1" als de conditie waar is en "" als de conditie niet waar is. In deze vergelijkingen kunnen ook berekeningen opgenomen worden.

Operators

De operators die gebruikt kunnen worden zijn:

Naam Teken Kenmerktype
is gelijk aan ==
is niet gelijk aan !=
groter dan >
kleiner dan <
groter of gelijk aan >=
kleiner of gelijk aan <=
bevat tekst ~=
komt voor in in Meervoudige keuze
in-operator

De meeste kenmerken bevatten één waarde, maar 'meervoudige keuze'-kenmerken bevatten vaak meer dan één waarde. Om te kunnen vergelijken met één van die waarden moet de 'in'-operator gebruikt worden.

Voorbeelden

show_when { voorbeeld_kenmerk == "tekst" }
show_when { "tekst" in "meervoudig_kenmerk" }

Functies

Verschillende functies kunnen toegevoegd worden aan vergelijkingen.

AND

De AND functie is 'waar' als alle voorwaarden 'waar' zijn. De voorwaarden moeten worden gescheiden door een komma.

show_when { and( waar, waar, waar ) }
show

show_when { and( waar, niet waar, waar ) }
don't show

show_when { and( niet waar, niet waar, niet waar ) }
don't show
OR

De OR functie is 'waar' als minimaal één van de voorwaarden 'waar' is. De voorwaarden moeten worden gescheiden door een komma.

show_when { and( waar, waar, waar ) }
show

show_when { and( waar, niet waar, waar ) }
show

show_when { and( niet waar, niet waar, niet waar ) }
don't show
NOT

De NOT functie is 'waar' als de voorwaarde 'niet waar' is, en omgekeerd, is 'niet waar' als de voorwaarde 'waar' is.

show_when { not( niet waar ) }
show

show_when { not( waar ) }
don't show
Functie voorbeelden

AND

show_when { and( voorbeeld_kenmerk == "Citroen", example_kenmerk * 4 == 8, beispiel_kenmerk == "Akkoord" ) }
show_when { and( "Citroen" == "Citroen", 2 * 4 == 8, "Akkoord" == "Akkoord" ) }
show_when { and( waar, waar, waar ) }
show_when { waar }
show

OR

show_when { or( voorbeeld_kenmerk == "Appel", voorbeeld_kenmerk == "Peer", voorbeeld_kenmerk == "Citroen" ) }
show_when { or( "Citroen" == "Appel", "Citroen" == "Peer", "Citroen" == "Citroen" ) }
show_when { or( niet waar, niet waar, waar ) }
show_when { waar }
show

NOT

show_when { not( voorbeeld_kenmerk == "Appel" ) }
show_when { not( "Citroen" == "Appel" ) }
show_when { not( niet waar ) }
show_when { waar }
show

AND, OR, NOT

show_when { or( niet waar, and( waar, not (niet waar), waar ), not( or ( and ( waar, waar ), niet waar ) ) ) }
show_when { or( niet waar, and( waar, waar           , waar ), not( or ( waar              , niet waar ) ) ) }
show_when { or( niet waar, waar                              , not( waar                                 ) ) }
show_when { or( niet waar, waar                              , niet waar                                   ) }
show_when { waar                                                                                             }
show